Verplicht onderzoek
De NAK voert in opdracht van de NVWA de integrale toetsing op bruinrot en ringrot uit. Bruinrot en ringrot zijn quarantaineziektes, partijen moeten vrij zijn van deze ziekten om een NAK-certificaat (inclusief plantenpaspoort) te kunnen krijgen. Hiertoe bemonstert en toetst de NAK alle partijen pootgoed. Als pootgoed voor eigen gebruik wordt aangehouden, dan hoeven de klassen PB1, PB2 en PB3 niet onderzocht te worden.
De NAK voert de eerste toetsing uit. Verdachte monsters worden doorgestuurd naar de NVWA, zij voeren extra toetsen uit om een mogelijke besmetting definitief vast te stellen. De uiteindelijke bevestiging van een besmetting en de daarop gebaseerde maatregelen ligt dan ook bij de NVWA. Naast de integrale toetsing op bruin- en ringrot voert de NAK in opdracht van de NVWA surveys uit om er zeker van te zijn dat de Nederlandse aardappelkolom vrij is van bruinrot en ringrot. Meer informatie over deze surveys vindt u hier.
Bij het bruin- en ringrotonderzoek wordt de IF-methode gebruikt.