Begin mei is de NAK gestart met de bladluismonitoring. Dat betekent dat inmiddels de resultaten van 2 weken aftappen beschikbaar zijn.
Uit deze resultaten blijkt dat er direct vanaf het begin al zeer veel virusoverbrengende bladluizen werden vonden.
Landelijk worden er grote aantallen bladluizen gevangen, waarbij er in het zuiden met name perzikbladluizen worden aangetroffen.
Onderstaand een grafiek van de vangbak in Arum, één van de 41 vangbakken in Nederland.

De resultaten van deze vangbak is representatief voor de resultaten van veel gele vangbakken. Hierbij is te zien dat de bladluisdruk in 2019 en 2020 hoger was dan die in 2021.
De groene lijn van 2022 is in steilheid vergelijkbaar met 2019 en 2020.
Het lijkt dat er in 2022 in een eerder stadium veel bladluizen worden gevonden, maar die conclusie kan echter niet worden getrokken, omdat de NAK vanaf 2021 eerder is gestart met de aftap van de gele vangbakken, namelijk per 1 mei. Daarvoor was dat vaak begin juni.
Wel kan geconcludeerd worden dat evenals in 2019 en 2020 er veel en vroeg bladluizen worden gevonden.