Knolcyperus is een hardnekkig onkruid dat in landbouwgewassen en tuinbouwgewassen grote schade kan veroorzaken. Percelen landbouwgrond kunnen besmet raken via plantgoed en pootgoed. Bovendien kan het onkruid worden overgebracht via werktuigen met aanhangende grond. Partijen die met knolcyperus zijn besmet moeten worden vernietigd. Het teeltvoorschrift moet de vermeerdering en verspreiding voorkomen, en daarmee problemen bij de export van voortkwekingsmateriaal (bijvoorbeeld bloembollen, planten en pootaardappelen).

Maatregelen

Voor percelen die met knolcyperus zijn besmet, geldt een teeltverbod. Op deze percelen mogen geen akkerbouwgewassen en tuinbouwgewassen worden geteeld. Ook de teelt van maïs en graszoden is dan verboden. Onder bepaalde voorwaarden is het mogelijk een ontheffing van het teeltverbod te krijgen. Zie hiervoor het aanvraagformulier op pagina Formulieren. De ontheffing blijft geldig zolang het aan de hiervoor geldende voorwaarden voldoet.

De gebruiker van het perceel moet maatregelen nemen om de knolcyperus te vernietigen en verspreiding tegen te gaan. Bovendien gelden maatregelen voor het gewas dat op het veld staat, op het moment dat de knolcyperus wordt aangetroffen.

De NAK voert de teeltverboden uit en controleert hierop. Naktuinbouw en de BKD sporen knolcyperus op in gewassen die zij keuren.

Melden besmetting

Besmettingen met knolcyperus kunt u melden bij de NAK via het meldformulier. Het kan ook per mail of via tel: 0527-635 350. Uw contactgegevens worden niet gebruikt bij het verdere onderzoek.