Kwalitatief goed pootgoed is een voorwaarde voor een geslaagde aardappelteelt. Doel van het teeltvoorschrift is de verspreiding van ziekten en plagen via het pootgoed te minimaliseren.
Het algemene voorschrift is dat aardappeltelers in Nederland alleen pootgoed mogen gebruiken dat is goedgekeurd door de NAK. Het gaat om pootgoed dat telers zelf aankopen of vermeerderen.
Uitzonderingen
Bij de zetmeelaardappelteelt mag ook onder TBM-toezicht zelf vermeerderd pootgoed worden gebruikt. Vermeerdering en teelt moet plaatsvinden binnen het zetmeelaardappeltelend gebied. Deze “TBM-regeling” geldt alleen voor bepaalde zetmeelaardappelrassen (zie TBM lijst goedgekeurd pootgoed).
Bij de consumptieaardappelteelt mag onder bepaalde voorwaarden ook zelf vermeerderd pootgoed worden gebruikt. Dit is het zogeheten ATR-pootgoed. Meer informatie kunt u hier vinden.